Het succes van honden in de hoofdrol

The artist, 101 Dalmatiërs, Hachi – veel films en series hebben hun succes te danken aan … een hond. Maar hoe krijg je de trouwe viervoeters aan het ‘acteren’? Sabine van der Helm, eigenaresse van het grootste dierencastingbureau van Nederland, vertelt.

Filmhonden, wat maakt ze zo succesvol?

Een paar minuten nadat The artist is begonnen, een prachtige stomme zwart-witfilm uit 2011, komt een van de hoofdrolspelers op vier poten aantrippelen. Meet Uggie, de hond die de harten van miljoenen deed smelten. Uggie vertolkte zijn hoofdrol op een weergaloze manier. Volgens velen is de Oscar voor beste film, die The artist in 2012 ontving, dan ook te danken aan Uggie’s optreden. Bekijk onderaan de pagina de leukste fragmenten van Uggie uit The artist.

Een geweldig getalenteerde hond, vindt ook Sabine van der Helm. Zij werkt al jaren met dieren die in films, fotoshoots en op toneel ‘acteren’. ‘In de eerste scène zie je dat het contact tussen de acteur Jean Dujardin en de hond heel goed is. Ze hebben een sterke band. Uggie is gericht op Jean en luistert naar hem en niet naar een begeleider of baasje dat buiten beeld staat. Heel bijzonder om te zien, ook omdat de acteur tijd heeft geïnvesteerd in het contact maken met de hond. Niet altijd is daar, helemaal in Nederland, tijd voor, maar ook heeft niet iedere acteur zin om een band met een hond op te bouwen.’ Honden die acteren, is dat leuk of vooral lastig?

Casting

Een kwestie van de juiste hond voor de rol vinden. ‘Ik luister goed naar wat een regisseur wil en wat het verhaal is, en kijk dan welk dier daar het beste bij past. Soms willen ze een grote, kortharige zwarte hond, omdat dat goed bij de setting past. Ik vraag dan verder: wat moet de hond kunnen, wat wordt er verwacht? Ik zoek dan een hond die dát kan. Is dat dan toevallig een langharige bruine hond, dan leg ik uit waarom deze hond dit het beste kan doen. En dan blijkt een bruine hond eigenlijk ook goed te passen.’

De manier van werken met honden op de set verschilt. Sabine: ‘Elke hond heeft een andere benadering nodig. Ik werk bijvoorbeeld nu met herders die heel goed getraind zijn. Ze worden niet beloond met voedsel, maar met een speeltje. Voor andere honden is dat weer anders, die doen juist alles voor een koekje. Het vergt soms creativiteit om een hond iets te laten doen. Ik sta buiten beeld en geef commando’s, zodat de hond op tijd blaft of ergens naartoe loopt, maar ik ben ook weleens druk op en neer aan het springen om de hond de juiste richting op te laten kijken.’

Hoe leuk ook, niet elke hond heeft het in zich om acteur te worden. ‘Voorwaarde is dat een hond heel sociaal is en niet baasgericht en bang’, weet Sabine. ‘Het is immers druk op een set en er zijn veel mensen. Honden hoeven ook geen honderden kunstjes te kennen. Een hond die lekker in zijn vel zit en relaxed is, doet wel wat er van hem wordt gevraagd. Djinnie, de hond van mijn broer, is een vuilnisbakkenrashondje uit Turkije. Die kan helemaal niks, maar ze is een geweldige actrice. In Mees Kees moest ze lang stil op de grond liggen met haar poten over haar oren en dat deed ze gewoon.’

Eigen expertise

Voor zijn vier films over Snuf de hond werkte regisseur Steven de Jong een aantal jaar geleden met herdershonden. Voor hem was dat een mooie en bijzondere ervaring. Van tevoren had hij zich niet druk gemaakt over honden op de set. ‘Met de trainer van de honden had ik het script doorgenomen. We stonden er beiden open in. Ik ben van het groots denken: alles kan, tenzij het niet lukt. De trainer zag ook geen probleem, dus we hebben niks hoeven aanpassen. Natuurlijk is het anders werken met een hond; we hebben ook een aantal dingen ad hoc gedaan, omdat dat dan toch beter uitkwam.’

Steven: ‘Elke hond had zijn eigen expertise: de een kon goed blaffen, de andere zwemmen en de derde was heel sterk. Zo konden we voor verschillende scènes steeds een andere hond inzetten. De honden waren getraind door de man die ze ook had gefokt. Ze luisterden heel erg goed. En konden eigenlijk alles. Een van de honden moest een acteur uit een brandende boerderij trekken. Daar zag ik wel een beetje tegenop; zou dat lukken? Maar de trainer had met hem geoefend en de hond was daarom niet bang voor het vuur en wist precies wat er van hem werd verwacht. Het ging geweldig. Heel bijzonder dat je een hond dat kunt leren. Ze zeggen weleens dat dieren op de set lastig zijn, maar zo heb ik dat helemaal niet ervaren. Het was eigenlijk heel relaxed om met deze honden te werken.

Hondenbrokjes

De Lassie-films en -televisieseries zijn gebaseerd op het jeugdboek Lassie come home van Eric Knight. In totaal zijn er elf Lassie-films gemaakt, de eerste in 1943, de laatste in 2005. De televisieserie Lassie was in Nederland vanaf 1962 op tv te zien. In de serie is Lassie een teefje, maar in werkelijkheid werd de rol van Lassie door vijf reuen vertolkt. De Duitse herder Rin Tin Tin (1918-1932) debuteerde in 1922 in de film Man from Hell’s River. Hij was zo populair dat hij stapels fanbrieven ontving en een ster op de Hollywood walk of fame kreeg.

Na zijn dood – volgens de legende stierf hij in de armen van actrice Jean Harlow – speelden andere Duitse herders onder de naam Rin Tin Tin nog jarenlang de filmreeks verder. Benny Vandendriessche, de regisseur van Drift, liet zijn uit het asiel geplukte straathonden nooit ‘acteren’. De scène waarin een van de honden waakzaam naast een zwerver neerstrijkt, ontstond omdat de hond daar zelf ging liggen.

De beste fragmenten van Uggie