De vier golven van terrorisme

Terrorisme-expert David Rapoport herkent vier golven in het hedendaagse terrorisme. Iedere golf duurt volgens hem zo'n veertig jaar.

Terrorisme komt in vieren

De Golftheorie

Na de aanslag op het WTC in 2001 schreef de Amerikaanse terrorisme-expert David Rapoport een verhandeling over het moderne terrorisme van de afgelopen anderhalve eeuw. Hij ziet vier golven van modern internationaal terrorisme: de anarchistische golf, de antikoloniale golf, de nieuwe linkse golf en de religieuze golf, waar we momenteel in zitten. Rapoport constateert ook dat ze telkens na zo’n veertig jaar uitgeblust zijn.

Eerste Golf: Het Anarchistisch Terrorisme (1880-1920)

Eind negentiende eeuw zorgden de opkomst van het kapitalisme en de industriële revolutie voor onrust In Europa en Amerika. Bij veel mensen heerste het idee dat de overheid en de machtige rijken bestreden moesten worden. Nieuwe technologieën als de telegraaf en de stoomtrein zorgden ervoor dat ideeën en mensen zich over grote gebieden konden verspreiden. De echte anarchisten wezen elke vorm van gezag af, maar slechts een kleine groep was bereid om tot geweld over te gaan.

Dit geweld richtte zich zowel tegen politiek leiders als tegen burgers. Tussen 1879 en 1921 werden alleen al zes staatshoofden (in Rusland, Frankrijk, Oostenrijk, Italië, VS en Griekenland) vermoord. Bij andere aanslagen werden bommen in cafés en andere openbare gelegenheden gegooid, zoals in het Liceu Opera Huis in Barcelona waar 72 doden vielen. In Wall Street ontplofte een wagen vol dynamiet: 39 doden. De bom die op de huwelijksdag van de Spaanse koning Alfonso naar de koets werd gegooid maakte 25 dodelijke slachtoffers.

Tweede Golf: Het Antikoloniale Terrorisme (1920-1960)

Doel van de acties was het zelfbeschikkingsrecht van bepaalde volken. Of juist het voorkomen daarvan. De grootste Europese terreurbeweging in die periode was de geheime rechts-extremistische OAS (Organisation de l’Armée Secrète), voornamelijk bestaande uit Franse militairen. De OAS wilde voorkomen dat Algerije onafhankelijk werd van Frankrijk. Tussen 1961 en 1963 pleegde de OAS meer dan duizend aanslagen in Frankrijk en Algerije waarbij naar schatting 12.500 dodelijke slachtoffers vielen. Na WOII voerde de IRA de strijd voor Ierse onafhankelijkheid op met bomaanslagen. Ook in Palestina en op Cyprus waren groepen actief die zichzelf vrijheidsstrijders noemden, maar door anderen als terreurgroepen worden beschouwd.

Derde Golf: Het Nieuwe Linkse Terrorisme (1960-1990)

De succesvolle strijd van de Vietcong tegen de Amerikanen in de Vietnam oorlog was een grote stimulans voor linksnationalistische bewegingen. Marxistische jongeren wilden de wereld bevrijden van het kapitalistische Westen. Ze richtten hun aanslagen met name op politici, industriëlen en legerbases. Als doel: een agressieve reactie van de staat uit te lokken die het volk tot revolutie zou aanzetten.

Voorbeelden van zulke groepen in Europa waren de Duitse Rote Armee Fraktion en de Italiaanse Rode Brigades. Het Japanse Rode Leger (JRA) werkte samen met het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP) bij tal van vliegtuigkapingen, gijzelingsacties en bloedige schietpartijen met burgerslachtoffers

Vierde Golf: Het Religieus Terrorisme (1979-Heden)

Algemeen wordt de Iraanse revolutie als belangrijke inspiratiebron gezien voor de golf van religieus terrorisme waarin we ons momenteel bevinden. De westers georiënteerde sjah werd uit Perzië verdreven en de verbannen ayatollah Khomeini keerde terug en nam de macht over. Deze golf heeft paralellen met sommige vorige, maar er zijn ook verschillen. In elk geval is deze golf extreem verwoestend en zorgen moderne communicatiemiddelen voor een moeilijk te controleren propaganda en aanwas. Vijand nummer één van het Westen is momenteel Islamitische Staat (IS), een in 2006 in Irak opgerichte terroristische organisatie die strijdt voor een grensoverschrijdende islamitische staat (kalifaat).

College van Beatrice de Graaf

Beatrice de Graaf, terrorisme- expert en hoogleraar Internationale betrekkingen aan de Universiteit van Utrecht, zal zaterdag 12 maart in DWDD University een college geven over terrorisme. ‘De vlam van het verzet is van alle tijden. Maar als uitdaging voor de moderne staat en de liberale samenleving, staan terrorisme en extremisme sinds de twintigste eeuw in het brandpunt van de belangstelling. Terroristen zijn de fundamentalistische gesels van de moderne tijd. Hoe kunnen we de radicaliseringspuzzel duiden en wellicht zelfs oplossen? Zonder historisch besef en begrip van de context zullen we zeker geen grip op het fenomeen krijgen’, aldus de Graaf.

Het college van Beatrice de Graaf