Column Leo Fijen: Kruis

Leo Fijen is hoofdredacteur Journalistiek en Levensbeschouwing bij KRO-NCRV. In KRO Magazine schrijft hij wekelijks een column over zaken die hem opvallen of bezighouden. Deze week: het kruis.

Door onze vaste columnist Leo Fijen

Ik sta op de plek waar ik ruim tien jaar geleden ook stond. Het is in de tijd op weg naar Pasen. Ik ben in hartje Volendam, op de dijk waar in de oudjaarsnacht van 2000 veertien jongeren het leven lieten.

Tien jaar geleden – in 2006 – ging ik voor het eerst bij het café naar binnen. Met de vader van één van de slachtoffers. Zijn zoon had in die dramatische nacht niet aan zichzelf gedacht en van verschillende jongeren het leven gered.

En toen hij de laatste naar buiten wilde dragen, bezweek hij. Tien jaar geleden stond ik daar met zijn vader in de ruimte boven die ’t Hemeltje wordt genoemd.

Alles was daar nog hetzelfde als in die nacht. De tap, de feestverlichting, de verschroeide glazen, de omgegooide barkrukken. Alles lag, hing en stond daar nog alsof de tijd had stilgestaan.

En de tijd hééft ook stilgestaan, voor iedereen die de overlevenden én de slachtoffers een warm hart toedraagt.

Daarom is er tot op heden niets veranderd, uit respect voor de slachtoffers. Beneden is een eigentijds museum ingericht dat de ramp verbindt met de geschiedenis van Volendam.

Daarom staat op de begane grond alles in het teken van de herdenking van een andere ramp, 100 jaar geleden, de watersnoodramp.

Zo worden heden en verleden verbonden, met een opvallend teken daartussen: het kruis van Christus. Met een kaars die brandt.

Dat kruis is één van de staties van de lijdensweg van Christus zoals die in 1862 is geschilderd en nu op tal van plekken in Volendam te zien is. Bij hotel Spaander, in het voetbalstadion en op de dijk.

De lijdensweg van Christus wordt met dorpelingen en toeristen gedeeld, als een vraag aan ieder van ons. En de tiende statie hangt op de plek van ’t Hemeltje.

Daar deelt Christus het kruis van zo veel Volendammers. Ik sta daar bij en word er stil van. Christus die lijdt met hen die lijden.

Het kruis maakt stil en vult de ruimte. Het is een stilte die ruimte geeft aan verdriet door de tijd heen. Ik buig het hoofd en maak een kruisteken.