Willemijn Veenhoven: ‘Het is allemaal zo spannend’

Na vijftien jaar radio maken hakte Willemijn Veenhoven na lang twijfelen de knoop door. Ze maakte de overstap naar televisie. Sinds kort is ze medepresentator van Op1 en Vroege vogels. En dat is best even wennen. ‘Het verbaast me hoe zwaar ik mijn werk soms neem.

Hoe bevalt dit jaar je tot nu toe?

“Eigenlijk heel goed. Ik heb het gevoel alsof het al juli is, zoveel is er gebeurd in de afgelopen twee maanden. Het is allemaal zo spannend. Ik vond Op1 in het begin heel stressvol. Inmiddels gaat het beter. Het voelt alsof ik de goede keuze heb gemaakt. Ik vond radio maken altijd helemaal fantastisch en heb lang getwijfeld of ik wel naar de televisie moest, vooral omdat ik niet bekend wilde worden. Leek me afschuwelijk. Achteraf heb ik dat in mijn hoofd veel groter gemaakt dan het is.”

Wat leek je zo afschuwelijk?

“Herkend worden. Nooit meer anoniem in de menigte kunnen opgaan. Een stom voorbeeld: ik praat vaak tegen mezelf. Hardop. Ook in de supermarkt. Dan zoek ik bijvoorbeeld een fles wijn en zeg ik hardop: ‘Zou deze wijn wat zijn? Of is die andere misschien lekkerder…’ Ineens dacht ik, als je bekend bent, let iedereen op je en denken ze: wat is dat voor een raar wijf!? Ik kan het heel goed vinden met mezelf. En daar hoort bij dat ik tegen mezelf praat en op straat ook vaak hardop zing. Dat vind ik leuk. Lang dacht ik, als ik eenmaal op televisie ben, durf ik dat niet meer. Ik wilde geen aangepaste versie van mezelf worden. Maar goed, nu ik de stap naar televisie eenmaal heb gezet, valt het alles mee. Bovendien: ik ben geen Eva Jinek, die elke dag op tv is, dat scheelt ontzettend.”

De druk van zo’n gloednieuwe talkshow moet best hoog geweest zijn. Hoe heb je dat ervaren?

“Na de eerste twee uitzendingen op maandagavond had ik de volgende dag steeds een enorme huilbui. Ik was thuis, stond in de keuken een boterham te smeren, er was een leuk liedje op de radio. Ik had helemaal geen nare gedachte… Toch kwamen ineens de tranen. En niet zomaar even tien seconden, het bleef maar stromen. Ik dacht: wat overkomt me nou! Onze eerste keer Op1 ging niet vlekkeloos, maar ik huilde zeker niet omdat het nou zo’n rottige uitzending was. Het kwam gewoon door spanning, stress en druk. Ook die ik mezelf opleg. Na die eerste huilbui dacht ik meteen: hup naar buiten. Ik heb al mijn afspraken afgezegd en ben naar het strand gegaan. Ik heb een half uur heel hard door de duinen gerend en kwam weer helemaal tot mezelf. Naar buiten gaan is altijd een goede remedie.”

Het hele interview leest u in KRO Magazine 11. Bent u geen abonnee maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Ernest Marx