Antoine Bodar: ‘Ik blijf houden van helderheid’

De bekendste priester van Nederland wordt op 28 december 75 jaar. Antoine Bodar viert het alleen, in Napels. ‘Ik heb veel met Kerstmis en Dodenherdenking, maar niets met verjaardagen.’

Het begon voor jou op 28 december 1944. Den Bosch, de stad was twee maanden eerder bevrijd. Wat is jou verteld over jouw geboorte?

“‘s-Hertogenbosch was nog steeds verduisterd omdat de verslagen vijand van over de rivier bij Zaltbommel V1- bommen op de stad bleef afvuren. Naar verluidt ben ik in de kelder van het ziekenhuis geboren. Het was een zware bevalling want ik was kennelijk een kind dat goed gevoed was. Ik was een lieve baby, ik huilde nooit en was goedlachs. Ja, ik kan het ook niet helpen dat het zo is gezegd. Mijn moeder werd verpleegd door Duitse nonnen, met van die grote kappen over hun hoofd. Die bogen zich geregeld over mijn wieg en zeiden dan – dit heb ik dus van mijn moeder: ‘Wat een lief kind. Hij moet hier later maar rector worden.’ Dat ben ik dan wel niet geworden, maar priester dus wel. Je snapt: ik zeg dit alles met enige ironie.”

Hoe vierden jullie thuis Kerst?

“De dag ervoor werd de kerststal neergezet en de kerstboom opgetuigd, waarbij we mochten helpen. We kerkten in de Willibrorduskerk aan de Amsteldijk. Ik was misdienaar bij drie achtereenvolgende nachtmissen waarvan de eerste begon om 3.30 uur ’s nachts. Na afloop spoedden we ons naar huis, want wij waren daar alle zes: vader en moeder en wij, vier kinderen. Daar had mijn moeder balkenbrij gemaakt, een Brabants gerecht met veel spek. Nee, daar hield ik niet van maar ik voelde me geborgen en dat is de kracht van Kerstmis, voor mij het mooiste feest, al is Pasen theologisch gezien belangrijker. Maar moet je niet eerst geboren worden om te sterven en weer op te staan? De Vredevorst is geboren.

75, een echt kroonjaar zoals dat heet. Houdt je dat bezig?

“Ik moet bekennen dat het me meer doet dan gedacht. Zeker omdat ik de afgelopen maanden mijn leven zo systematisch ben nagelopen en er daardoor weer veel naar boven kwam aan mooie, maar ook pijnlijke herinneringen.”

En waar ben je straks, op 28 december?

“In Napels, daar ben ik dan alleen en overdenk mijn zon- den en de rest van mijn leven. Natuurlijk verken ik de stad wat nader. En een priester in Italië ondervindt altijd een zekere bescherming van de mensen. Alleen zijn is niet hetzelfde als eenzaamheid. Alleen hoop ik dan met God te zijn, in herinnering aan mijn ouders die mij het leven heb- ben geschonken. Mijn dierbaren denken toch wel aan me en ik aan hen. Ik ben eraan gewend geraakt op mijn verjaardag alleen te zijn.”

Het hele interview leest u in KRO Magazine 51/52. Bent u geen abonnee maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Judith Holtackers