Column Leo Fijen: Toekomst

Leo Fijen is hoofdredacteur Journalistiek en Levensbeschouwing bij KRO-NCRV. In KRO Magazine schrijft hij wekelijks een column over zaken die hem opvallen of bezighouden. Deze week: de toekomst.

Door onze vaste columnist Leo Fijen

Op een woensdagmiddag in juni rijd ik naar het dorp van mijn jeugd, Halfweg. Ik ben op weg naar de uitvaart van mijn tante.

Haar man is drie jaar geleden overleden, zij verlangde in al haar gebrokenheid naar het einde en droomde van een weerzien in de hemel. Ze stierf in een verpleeghuis nadat ze tot het laatst ook goed verzorgd was door haar kinderen en haar buurvrouw.

Haar uitvaart is de laatste viering in de kerk van mijn jeugd. Het is dus een dubbel afscheid: van mijn tante en van de kerk. Die gaat voor de helft tegen de vlakte en blijft voor de andere helft behouden voor de eredienst.

De kerk wordt daarmee een kleine liturgische ruimte die straks omgeven wordt door woningen en appartementen en meer dan ooit het kloppend hart van het dorp zal zijn.

Voor de kerk waar ik ooit gedoopt ben en waar mijn vader acoliet en collectant was, is er dus nieuw leven.

Kerken horen in het centrum van een dorp en buurt thuis en kunnen ook in kleinere gebouwen van betekenis zijn. Sterker nog, ik denk dat de kerk alleen maar relevant kan blijven wanneer ze dicht bij het leven van mensen kan blijven.

In Halfweg doen ze dat, ook in de manier waarop het bouwjaar overbrugd wordt. In de koffieruimte is een provisorische kerk ingericht, met stoelen dicht op elkaar, het koor naast het altaar en Maria die altijd nabij is.

Zelfs als de kerk er even niet is in de traditionele vorm, blijft de geloofsgemeenschap bij elkaar komen en geloof en leven van het dorp verbinden. Zo is er altijd toekomst, ook voor mijn tante.

Door haar kinderen en kleinkinderen wordt ze na de viering naar het graf gedragen, door haar eigen zwager die priester is wordt ze bewierookt en besprenkeld. Dan laten de kinderen en kleinkinderen haar zakken in het graf.

Intussen wordt er hardop gebeden door haar zwager die drie kruistekens op haar kist maakt. Hij doet dat in het vertrouwen dat mijn tante bij God is en daar verder leeft.

Ook voor mijn tante is er toekomst, door alle dood heen.