Column Leo Fijen: Goedheid

Leo Fijen is hoofdredacteur Journalistiek en Levensbeschouwing bij KRO-NCRV. In KRO Magazine schrijft hij wekelijks een column over zaken die hem opvallen of bezighouden. Deze week: de goedheid van anderen.

Door onze vaste columnist Leo Fijen

In mijn dorp is het zondagmorgen, ergens halverwege januari. Ik zit op mijn zolderkamer en kijk naar buiten.

Alles oogt kaal, saai en leeg. De bomen in het park zijn kaal, het gras staat nog vol plassen, de feestverlichting van de huizen aan de overkant is uit. Het is het beeld van midden januari.

Even helemaal niets na alle warmte van december. Zo ziet de wereld er trouwens ook uit.

Ik stond gisteren bij de slager naast een oude vrouw die vertelde over haar zieke buurvrouw. Kommer en kwel, opgenomen in het ziekenhuis zonder enig perspectief.

Even later was ik bij de groenteboer en zocht daar lekkere mandarijnen uit toen de baas zelf me opzocht met tranen in zijn ogen. Zijn kleinkind was nog geen maand oud en lag al meer dan twee weken aan slangen in het ziekenhuis.

Niemand wist wat er aan de hand was. Ik zag een wanhopige groenteboer die nooit om een praatje verlegen zit maar nu zonder woorden was.

Het zijn verhalen die horen bij januari: kaal, leeg en zonder uitzicht. Zo las ik ook de kranten met beelden van Syrische steden die afgesloten zijn van de buitenwereld.

Ik keek naar foto’s die geen mens wil zien: kansloze kinderen en hun ouders die omkomen van de honger. Die foto’s staan zondagochtend nog op mijn netvlies wanneer ik in de kerk een verhaal mag vertellen bij de doop van de Heer en de hemel die opengaat.

Hoezo? Een hemel die opengaat? Voor veel mensen zit de hemel dicht. Wat moet ik in hemelsnaam zeggen? Ik pak een boekje over Frans van der Lugt, de jezuïet die twee jaar geleden in Homs hetzelfde meemaakte.

Geen eten, tekort aan alles, leven zonder uitzicht. Hij vertelde toen het volgende, de dag voordat hij werd vermoord:

‘Wanneer een mens alles mist, moet hij de goedheid van anderen aanvaarden en goedheid van anderen ontdekken. We zien kwaad om ons heen, maar dat mag ons niet blind maken voor goedheid’.

Ik citeer zijn woorden in de kerk. Want deze jezuïet leert ons dat de hemel open kan gaan, zelfs met de dood voor ogen.