Sander de Kramer: ‘Anderen helpen maakt me gelukkig’

Sander de Kramer bleef tijdens de coronacrisis doen wat hij het liefste doet: mensen helpen. Dicht bij huis, en in Sierra Leone, het land waar hij zich met zijn Sunday Foundation al over driehonderdduizend kinderen ontfermde. ‘Ik word geraakt door hun verhalen.’

Hoe is nu het met de Sundayprojecten in Sierra Leone?

“We zijn bezig tien nieuwe scholen te bouwen. Om te bepalen waar die moeten komen moest ik er echt naartoe. Meteen toen het kon ben ik gegaan, begin november. Na twee coronatesten mocht ik het land in. In Sierra Leone heeft overigens bijna niemand corona, maar er gelden wel strenge maatregelen. Het was bizar: normaal word ik van alle kanten omhelsd en nu stonden we ineens op afstand. Al duurde dat niet lang.” Hij laat een filmpje zien op zijn telefoon: een zee van meisjes in een blauw schooluniform – allemaal verzorgd door de Sunday Foundation – stroomt naar Sander toe en blijft op anderhalve meter afstand stilstaan. Er wordt gelachen en geroepen: ‘Sunday!’ – Sanders Afrikaanse naam. En: ‘Ouwe Dibbes!’ – Sanders Rotterdamse bijnaam en inmiddels een bekende uitroep in Sierra Leone. Dan is het alsof er een dam doorbreekt. Sander wordt overspoeld door een golf blauwe meisjes. “Schitterend toch!”, roept Sander, en hij laat foto’s zien van de scholen die zijn stichting heeft gebouwd en vooral van heel veel blije kinderen. Inmiddels helpt hij er met zijn Sunday Foundation maar liefst driehonderdduizend. “Hier, voor deze jongens heb ik voetbalschoenen geregeld via mijn vriend Robin van Persie. Hij is echt een held daar!”

Je kunt je ook omdraaien, of wat geld geven, iets wat veel mensen in jouw plaats zouden doen?

“Zo zit ik niet in elkaar. Ik ga met ze in gesprek en word geraakt door hun verhalen. Ik gaf ze een telefoon met het nummer van de Sunday Foundation. Het was een gok, maar ze hebben gebeld en nu gaan wij ze helpen met  nderdak en scholing. Ik had me om kunnen draaien, maar hier word ik gelukkig van.”

Hebben we iets geleerd van corona?

“Als je ziet hoe snel de planeet opknapt als wij niet meer van hot naar her vliegen, dan moet je concluderen dat we niet goed bezig waren. Ik hoop dat iets hiervan beklijft, dat mensen denken: wat kan mijn rol straks zijn? En dat we niet vervallen in ons oude patroon: voor vier tientjes heen en weer vliegen naar Barcelona. Die tijd moet voorbij zijn.” Met een blik op een foto van de Afrikaanse Alimami die hij ooit meer dood dan levend op straat aantrof en die nu rechten gaat studeren: “Maar echt, wat hebben we nou helemaal nodig?”

Het hele interview leest u in KRO Magazine 51/52. Bent u geen abonnee maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Kalien Blonden